De omgang met de genoemde boeken was bij mij natuurlijk heel summier en fragmentarisch. Pas veel later kon ik ze echt en helemaal lezen. Er was echter, naast de wereldoorlog en de Bevrijding, nog een bron van kennismaking met “de wereld”. Dat was de R.K. Kerk en het missiewerk. Er was in mijn geboortedorp een vestiging van de Missionarissen van het Heilig Hart. Zij was ondergebracht in de restanten van het middeleeuwse kasteel van de heren van Stein. Toen ik op de zesde klas ter voorbereiding op het gymnasium bijles in Frans moest volgen, kreeg ik die van pater E.L. Rijksen, M.S.C. In mijn bezit is nog een door hem voor mij gemaakte kopie van het gedicht “Le singe qui montre la lanterne magique” van Jean-Pierre Clarisse de Florian (1755-1794). Pater Rijksen was - voor mij - een massieve, rijzige man met een prachtige stem om te declameren, wat hij dan ook graag deed. Vooral zijn Frans klonk als het rollen van de donder over het veld aan de overkant van ons huis. Hij was dertig jaar lang missionaris in Afrika geweest en vertelde daar graag over, mij soms angst aanjagend met verhalen over ontdekkingsreizigers die in grote ketels gekookt werden en opgegeten. Zo lang hij er serieus bij keek hield hij vol dat mensenvlees heel lekker was, maar als ik benepen begon te kijken barstte hij in een daverende lach uit. Dát was wat de meeste mensen zich voorstelden van de heidenen en ik moest toch toegeven dat hijzelf een smakelijke hap zou zijn geweest. Enfin, ik was nog maar elf jaar en in plaats dat zijn verhaal mij afschrikte kreeg ik het verlangen missionaris te worden om ook naar “de warme landen” te kunnen gaan.
In de missie, zo legde pater Rijksen mij uit, manifesteerde zich de wereldkerk, de katholieke kerk. Het woord “katholiek” was afgeleid van het Grieks en betekende “geheel”, “alles samenvattend”. Met een van het latijn afgeleid woord betekende het “universeel”. En wat was er mooier dan universeel of katholiek te zijn en dan ook niet te blijven hangen in de dorpskerk, maar de wereld in te trekken om het universele geloof te verkondigen.
Ik had zelf al begrepen dat het geloof, i.c. het katholieke, het dorp ver oversteeg, maar deze notie had nog geen concrete inhoud. Door de les van de pater kon ik mij er iets bij voorstellen: Rome, als de zetel van het geheel, en de missielanden. En waar “zaten wij” niet allemaal? Niet alleen in Afrika, maar ook in China en India en in Zuid-Amerika. En in Japan waar Franciscus Xaverius het geloof had gebracht, een verhaal dat nog overtroffen werd door dat van pater Damiaan, de Held van Molokai. En nog overtreffender was natuurlijk het verhaal van Columbus. Mijn vader had er ook alweer een boek over: “Christoffel Columbus” (1946) van Gabriël Gorris. Het had als ondertitel “De laatste kruisvaarder” en men begrijpt dat Gorris op het niet door iedereen gedeelde standpunt stond dat Columbus zijn tocht ondernomen heeft om het geloof uit te dragen. Toen ik op school een voordracht moest houden koos ik de ontdekking van Amerika door Columbus als onderwerp en putte mijn stof uit dit boek.
Ook uit andere lectuur was ik op de hoogte van Amerika. Ik had bij voorbeeld “Dromenland. Een boek voor de jeugd” (1946) van Aug. A. Boudens. Het besloeg drie delen: de verovering van Mexico door Hernando Cortez, het korte keizerschap van Mexico van de Habsburger Maximiliaan, drie eeuwen later, en de dictatoriale heerschappij over Mexico van Plutarco Elías Calles in de 20er jaren van de vorige eeuw. Het laatste verhaal vond ik niet zo geweldig, ik begreep niks van een dictatuur, maar over dat van Cortez was ik enthousiast. Talloze namen - Huitzilopotchli, Tlascalanen, Istrisuchil, Montezuma, Quetzalcoatl, Tenochtitlan - heb ik nog steeds in mijn geheugen.
Mijn amerikanologie - om met Sloterdijk te spreken - putte ik overigens in hoofdzaak uit de werken van Karl May, Fritz Steuben en Jules Verne. Mijn literatuuropvatting was sterk romantisch. In "De kleine Johannes" stond ik onvoorwaardelijk aan de kant van Johannes en Windekind tegenover Wistik en Pluizer. En toch maakten bepaalde beschouwelijke passages in het werk van May en Verne, met hun laat-negentiende eeuwse positivisme, rationalisme en conservatisme diepe indruk op mij. Old Shatterhand ontleende zijn naam dan wel aan de fysieke kracht van zijn hand, die in staat was een hem bedreigende vijand met één klap tegen zijn slaap te doden, maar dat was altijd uit zelfverdediging, nooit uit agressie. Verder was hij een redelijk, rationalistisch man die het goede nastreefde, temidden van halve wilden en woestelingen, "rawdies" geheten. Mooier was het nog gesteld met Winnetou, ook al een humanist van het zuiverste water, maar nog verdienstelijker daar hij niet had doorgeleerd in de Europese beschaving, maar kennelijk een natuurtalent was. Ik moet toegeven dat ik deze moraliserende passages meestal oversloeg, maar met zoveel slecht geweten dat ik menig boek heb herlezen om mijn zonde te boeten. Jules Verne kon er op al die mijlen onder zee of in de lucht, in het gezelschap van de kinderen van kapitein Grant of in de Amerikaanse burgeroorlog zo mogelijk nog meer van en aangezien ik, wat helemaal niet te verwachten was geweest, een uitstekende bêta bleek te zijn, sprak mij het technische vernuft dat hij ten toon spreidde, enorm aan. Later heeft het mij jaren gekost om dit vernuft van de een (May) te verzoenen met de "Vernunft" van de ander (Hegel), hetgeen een van de vele goede inleidingen in de filosofie bleek op te leveren, die uit al mijn lezerij voortvloeiden.
Mijn indologie putte ik grotendeels uit een boek over keizer Akbar, waarvan ik mij de titel noch de schrijver herinner. De auteur was in ieder geval niet Van Limburg Brouwer. Er was sprake van jezuïeten en belijders van andere geloven en Akbar slaagde erin zich boven de partijen te handhaven. Dat het verhaal zich in de 16e eeuw afspeelde overzag ik niet en ik meende lange tijd dat het er daar nog steeds zo aan toe ging: India als missiegebied en een veldslag tussen een aantal geloven. En "wij" hadden ook nog Nederlands-Indië, als wingewest, maar daarover hoef ik niet uit te wijden, te Limburgs als wij trouwens waren om kolonisten te leveren en ik te jong om deel te nemen aan de politionele acties. (Ik las wel van Augusta de Wit “Orpheus in de dessa” en “De godin die wacht”.) (En overigens: mijn eerste liefde was de uit Nederlands-Indië gerepatrieerde Jonkvrouwe Hilda de Kock met wie ik de films van Rintintin bezocht en voor wie ik een op een verhaal van Felix Timmermans variërend toneelstuk schreef "De varkenskop in de wilg" dat daadwerkelijk is opgevoerd en dertig cent opleverde.)
Hoe dit ook zij, men kan niet ontkennen dat er in de jaren na de Tweede Wereldoorlog een grote belangstelling was voor de wereld en de Verenigde Naties. Als een jongen van tussen de tien en de vijftien al zoveel lectuur kon bemachtigen, in een dorp waar niet eens een boekhandel was, dan moet dit in de atmosfeer hebben gehangen, in kranten, radio, preken en lessen doorgesijpeld hebben, veel indringender dan nu.
(Wordt vervolgd.)
Posts tonen met het label multipolaire wereld. Alle posts tonen
Posts tonen met het label multipolaire wereld. Alle posts tonen
maandag 1 november 2010
woensdag 22 augustus 2007
Bush en Nixon
De vergelijking van Bush met Nixon die ik in mijn laatste blogs lijk te voltrekken, is natuurlijk een soort heiligschennis. Niet dat ik de twee heren echt vergeleek, ik stelde de stap van Nixon naar China als voorbeeld. Voor Bush uiteraard, dat wel. Meer had ik - nog - niet te zeggen. Nu lees ik: "The prevailing barometer of acute public dissatisfaction with the White House surpasses the corresponding disaffection with President Richard M. Nixon when the Senate Watergate hearings began in May 1973. And Mr. Nixon had recently trounced Sen. George McGovern in the 1972 elections, winning 49 states." (Slate, 21 aug. 2007). Het staat in een artikel "The Heart of Queens Can Nancy Pelosi single-handedly take impeachment off the table? " door Bruce Fein, "constitutional lawyer". Dat is wel degelijk een mooie vergelijking, die ik niet kan nalaten te reproduceren.
Het artikel van Fein gaat over de vraag of Bush een impeachment aan zijn broek moet krijgen. 45% van de bevolking van de VS is daarvoor, niet minder dan 55% wil ook Cheney impeachen. Pelosi houdt dit tegen en versterkt daarmee de positie van Bush en Cheney, zoals uit recente "surges" in de Midden-Oosten politiek van het Witte Huis blijkt. Het gaat daar wel goed in de onvolprezen USA. Wat beweegt die democraten toch? Partijpolitieke motieven kunnen het niet alleen zijn. De democraten hebben er blijkbaar ook geen zin in de militaire posities in het Midden Oosten op te geven. Ook te grote auto's?
Gisteren schreef ik over de opkomst van een multipolaire wereld. Iedereen kan zien dat er inderdaad weer een aantal hoofdrolspelers in het veld zijn. De vraag is nu maar: welk spel spelen zij? Soms heb je het gevoel dat ze zelfs nog niet eens aan stratego toe zijn en dat het dus wel weer op geweld zal uitlopen. Hoewel...
Alsof ik het zag aankomen: Al Maliki wordt ervan verdacht dat hij in Syrië een boodschap van de Amerikanen is gaan afgeven. Hij ontkent dat natuurlijk en doet net of hij zelfstandig handelde met de mededeling aldaar dat de Syriërs eens iets moeten doen aan hun grensbewaking en niet voortdurend verkeerde strijders moeten doorlaten. Bush van zijn kant laat zich gereserveerd uit als hem gevraagd wordt wat hij vindt van de oproep van senator Levin aan het Iraakse parlement om Al Maliki af te zetten. Dat zijn zaken van de Irakezen zelf, zegt hij. (Je weet niet wat je hoort. Wat doen die honderdduizenden Amerikanen dan in dat land? En waarom willen ze niet weg? Well, we only want a change of regime, weet je wel.) Ahmadinejad heeft een uitnodiging om naar Bagdad te komen aanvaard waar Bush niet blij mee zal zijn. What's going on? Zou het denkbaar zijn dat er in het Midden Oosten langzamerhand toch een beetje een neiging tot zelfstandigheid ontstaat? En dat men elkaar opzoekt: Iran, Irak, Syrië, Saoedi-Arabië, Egypte, Jordanië, Palestina?
Hier in Nederland heeft Pronk het item van een onderzoek naar de legaliteit van de oorlog in Irak weer aan de orde gesteld. Dat is een stap in de goede richting, maar de (Hollandse) "coalitie" zal in dit geval wel niet "willing" zijn.
Het artikel van Fein gaat over de vraag of Bush een impeachment aan zijn broek moet krijgen. 45% van de bevolking van de VS is daarvoor, niet minder dan 55% wil ook Cheney impeachen. Pelosi houdt dit tegen en versterkt daarmee de positie van Bush en Cheney, zoals uit recente "surges" in de Midden-Oosten politiek van het Witte Huis blijkt. Het gaat daar wel goed in de onvolprezen USA. Wat beweegt die democraten toch? Partijpolitieke motieven kunnen het niet alleen zijn. De democraten hebben er blijkbaar ook geen zin in de militaire posities in het Midden Oosten op te geven. Ook te grote auto's?
Gisteren schreef ik over de opkomst van een multipolaire wereld. Iedereen kan zien dat er inderdaad weer een aantal hoofdrolspelers in het veld zijn. De vraag is nu maar: welk spel spelen zij? Soms heb je het gevoel dat ze zelfs nog niet eens aan stratego toe zijn en dat het dus wel weer op geweld zal uitlopen. Hoewel...
Alsof ik het zag aankomen: Al Maliki wordt ervan verdacht dat hij in Syrië een boodschap van de Amerikanen is gaan afgeven. Hij ontkent dat natuurlijk en doet net of hij zelfstandig handelde met de mededeling aldaar dat de Syriërs eens iets moeten doen aan hun grensbewaking en niet voortdurend verkeerde strijders moeten doorlaten. Bush van zijn kant laat zich gereserveerd uit als hem gevraagd wordt wat hij vindt van de oproep van senator Levin aan het Iraakse parlement om Al Maliki af te zetten. Dat zijn zaken van de Irakezen zelf, zegt hij. (Je weet niet wat je hoort. Wat doen die honderdduizenden Amerikanen dan in dat land? En waarom willen ze niet weg? Well, we only want a change of regime, weet je wel.) Ahmadinejad heeft een uitnodiging om naar Bagdad te komen aanvaard waar Bush niet blij mee zal zijn. What's going on? Zou het denkbaar zijn dat er in het Midden Oosten langzamerhand toch een beetje een neiging tot zelfstandigheid ontstaat? En dat men elkaar opzoekt: Iran, Irak, Syrië, Saoedi-Arabië, Egypte, Jordanië, Palestina?
Hier in Nederland heeft Pronk het item van een onderzoek naar de legaliteit van de oorlog in Irak weer aan de orde gesteld. Dat is een stap in de goede richting, maar de (Hollandse) "coalitie" zal in dit geval wel niet "willing" zijn.